Start van het thema
Materiaal te bestellen
Kringactiviteiten
Thematafel maken
Landkaart bekijken
Vakantiefoto’s vankinderen
Bespreken hoe, wie, wat,waar, wanneer.
Welk uitstapje vind je het leukst?
Praatplaat
Neem een praatplaat over vakantie. Praat er met de kinderen over.
Stel vragen aan de kinderen:
– waar zie je…
– wat doet…
– hoeveel… zijn er?
– Etc.
Laat de kinderen ook over dingen op de plaat vertellen. Wat zien ze? Wat kun je daar zelf over vertellen?
Als afsluiting kun je een leuk spelletje doen, zoals “Ik zie, ik zie wat jij niet ziet” of raadsels over dingen op de plaat.
Wat nemen we mee op reis?
Leg allerlei spullen die je nodig hebt als je op vakantie gaat in de kring, spullen voor een kind en spullen voor een volwassene.
Praat met de kinderen over de spullen. Zet ook twee koffers in de kring, een grote koffer en een kleine koffer.
Welke spullen horen in welke koffer? Maak een verdeling tussen de kleine spullen voor het kind en de grote spullen voor de volwassene.
Ik ga op reis en neem mee…
De kindere benoemen om de beurt iets wat er mee gaat en het volgende kind moet het eerst het voorgaande herhalen.
Dus…
Ik ga op reis en neem mee: een boek
Ik ga op reis en neem mee: een boek en een zwempak
Ik ga op reis en neem mee: een boek, een zwempak en een zonnebril
Etc.
Zwaar of licht
Vul een koffer met heel veel spullen, waardoor de kinderen hem als zwaar zullen ervaren.
Laat verschillende kinderen de koffer tillen en vraag wat ze ervan vinden: zwaar of licht?
Haal nu erg veel spullen uit de koffer, zodat hij als heel licht ervaren wordt.
Vraag de kinderen weer wat ze ervan vinden.
Wat moeten we doen om de koffer niet té licht en niet té zwaar te maken?
Gesprek over logeren
Praat met de kinderen over uit logeren gaan. Bij wie gaan de kinderen wel eens logeren? Wat neem je dan mee?
Je kunt deze voorwerpen zelf bij elkaar zoeken en in de kring leggen. Zo kun je met de kinderen een logeerkoffertje vullen.
Versje:
Jeroen gaat logeren bij zijn vriendje Max
Voor een paar dagen, misschien een hele week
Jeroen pakt zijn koffer in, wat moet er mee?
Zijn slaapzak en pyjama en zijn portemonnee
Een schone trui en sokken en een warme broek
zijn knuffel en zijn blokken en zijn mooiste boek
zijn knikkers en zijn stenen en zijn computerspel
“Nou ben ik wel klaar” zegt Jeroen, “zo heb ik alles wel”
Alles past in de koffer, dat is waar
maar wordt die koffer niet een beetje zwaar?
Kan Jeroen hem nog tillen, ook op de trap?
Ja hoor, dat kan hij wel, dat is toch reuzeknap!
Wat zit er in de koffer? Raad- en voelspel
Stop een heleboel spullen die nodig zijn als je op vakantie gaat in een grote koffer.
Eén kind mag zijn hand in de koffer doen en een voorwerp voelen. Hoe voelt het? Is het hard of zacht? Is het glad of ruw? Is het groot of klein?
Kun je er iets over vertellen? Het voorwerp wordt uit de koffer gehaald en besproken.
Bij oudste kleuters kunnen de andere kinderen in de kring raden welk voorwerp omschreven wordt.
In de koffer: tandenborstel, haarborstel, knuffel, pyjama, wekker, toilettas, speelgoed, een boek, fototoestel, geld enz.
Wie is het langst?
Leer de kinderen de begrippen kort en lang. Daarna kun je een rij maken van alle kinderen uit de klas.
De langste voorop en de “kortste” achteraan. De rij kan ook omgekeerd worden.
Ook kunnen andere voowerpen door de kinderen in een rij van lang naar kort gezet worden.
Camping bedenken en tekenen in groepjes
Hoeken
Kamperen
Tufftray de camping
Knutselen
Samen een camping schilderen
Ansichtkaart maken
Zonnige bril
Paspoort
Tent vouwen
Koffer inpakken
Flessenpost
Rugzakje
Verrekijker
Kijkdoos camping
Een vakantieboekje
Tekening n.a.v. het verhaal: Max op ontdekkingstocht
Goede afloop
Slechte afloop
Tekening ik op vakantie
Tent vouwen en bij tekenen